Het is vaak heel lastig om de kledingkast van je kind zo netjes mogelijk te houden. Je hebt in de ochtend meestal niet de tijd om alles even netjes op te vouwen of je kind besluit zelf even een kledingstuk uit de kast te trekken. Het opgeruimd houden is dus heel lastig, daarom lees je hier een aantal tips die hierbij kunnen helpen.
Kijk hoeveel kleding echt nodig is
Door te kijken hoeveel kinderkleding er nog in de kast ligt voordat je gaat shoppen kan je voorkomen dat je onnodige dingen haalt. Het zeker fijn om niet te kort te komen, maar een overvolle kast is echt niet nodig. Vaak ligt er ook kleding in de kast die weinig gedragen wordt of niet meer past. Bekijk een keer in het jaar bijvoorbeeld samen met je kind welke kleding nog gedragen worden en wat nog past. Alle kleding die dan niet meer nodig is kun je dan in een kledingzak doen, doneren of doorverkopen.
Niet te veel sets
Je kind heeft vaak helemaal niet zoveel kleding nodig. Een kind heeft afhankelijk van jou was patroon aan vijf tot tien kledingsets genoeg. Dit is natuurlijk wel per seizoen, dus bijvoorbeeld 7 truien, 7 broeken etc.
Shop met een lijstje
Stel je kind heeft weer nieuwe kleding nodig, shop dan met een lijstje. Zo koop je alleen wat echt nodig is. Kinder winterjassen kunnen soms bijvoorbeeld toch nog een seizoen mee, maar als je je pas tijdens het shoppen gaat bedenken of je het nodig hebt, dan koop je vaak veel te veel.
Koop op de groei
Het is vaak lastig in te schatten welke maat je kind heeft en kinderen groeien vaak zo ontzettend snel. Veel mensen kopen daarom de kinderkleding op de groei, als je twijfelt welke maat, koop dan altijd een te grote. Je kind past die maat sneller dan je denkt. En als de kleding niet meer past, dan kan je eerst kijken of broertjes of zusjes de kleding nog passen. Dat scheelt je een hoop geld!